De terrassentuin van de cisterciënzer abdij Kamp ligt tegen de zuidhelling van de Kamper berg. Tussen 1740 en 1750 werd deze tuin naar een ontwerp van monnik en hoofdarchitect Bücken volgens barokke tuinideeën in Italiaanse stijl aangelegd.
De helling werd door vruchtdragende leibomen, taxussen in piramidevorm en wijnranken in vier terrassen verdeeld. Een boogvormige trap leidde naar de eigenlijke, formele tuin met perken.
Een deel van deze perken werd gebruikt voor het kweken van groenten en kruiden. De tuin werd vanuit artistiek oogpunt opgewaardeerd door prachtige bloembedden, potplanten, kleurrijke struiken, een visvijver en fonteinen. De oranjerie werd gebruikt voor het kweken van exotische planten.
Toen de monniken in 1802 uit de abdij werden verdreven, raakte de tuin in verval en werd het terrein als weiland gebruikt.
Pas in de jaren 1986 – 1990 liet de gemeente Kamp-Lintfort de terrassentuin naar historisch voorbeeld herstellen. Als basis werd een barokke topografische kaart uit de 18e eeuw gebruikt. Dit heeft geleid tot een nieuw aangelegde tuin die gebaseerd is op het historische voorbeeld, maar architectonische elementen uit het heden bevat. Voor bezoekers is de kenmerkende barokstijl, die zich onder andere onderscheidt door orde en symmetrie, zeer duidelijk te herkennen.
Men betreedt de terrassentuin van de abdij Kamp via een imposante entree bovenaan de Kamper berg. Een meer dan 60 meter lange, met blauwe regen overdekte, moderne stalen galerij voert vanaf het plein voor de abdijkerk naar het bovenste terras en biedt uitzicht op het hele terrein. Vanaf hier is de gehele tuin met zijn barokke structuren te overzien, een uitzicht waarvan vroeger de abt met zijn gasten kon genieten. De borders en bloemperken met oude rozensoorten, waaronder de soorten “Charles de Mills”, “Agatha” en “Celestial”, afgewisseld door kruiden en vaste planten, heten bezoekers met heerlijke geuren en prachtige kleuren welkom.
De terrassen, als watervallen op de helling, zijn afwisselend aangeplant met kegelvormige ligusters en sierappelbomen, 137 in getal.
Een ingenieus ontworpen trap voert als centrale as naar de parterre, die door lineaire patronen gelijkmatig in 16 delen is verdeeld. De ‘Tapis Vert’ gazons laten de prachtig aangelegde oppervlakken mooi tot hun recht komen, waaronder vier sierperken met een kleurrijke bloemenborder rondom het cirkelvormige waterbassin in het midden van de tuin. De sierperken worden gedomineerd door een patroon van buxusheggetjes met met wit grind gevulde paden daartussen. De hoekperken van de parterre zijn als herinnering aan de voormalige groenten- en kruidenbeplanting met snijbiet, hysop, bonenkruid, salie, kattenkruid en geelgroene vrouwenmantel aangeplant. De kegelvormige ligusterstruiken op de hoeken van de perken vormen hier het spreekwoordelijke puntje op de i.
Het onderste, uitstekende terras is ingericht als bosschage met een centrale fontein. Aan de voet van de helling bevinden zich weer twee oranjerieën. Een van deze twee hedendaagse constructies van staal en glas herbergt archeologische vondsten en een tentoonstelling over de reconstructie van de tuin en in de andere zijn wisselende kunstexposities te zien. In het zuiden volgt op de parterre een bosschage uit drie delen met kogelesdoorns daarin, afgegrensd door een hoge ligusterhaag. Aan de zijkanten van de parterre liggen lanen met piramidevormige haagbeuken.
Wie vandaag de dag de terrassentuin van abdij Kamp betreedt, kan zich amper voorstellen dat hiervan medio jaren 1980 nog niets te zien was. Op dat moment waren er op het hoofdgedeelte van de heuvel slechts een paar terrasresten overgebleven en het grootste deel van het terrein werd als weiland en akkerland gebruikt. Niemand had toen kunnen bedenken dat hier vanaf medio de 18e eeuw een tot ver buiten de regio beroemde barokke tuin lag.
De oorspronkelijke barokke tuin was verdeeld in verschillende gedeelten, die allemaal vanaf het abdijgebouw te zien waren en volgens een strakke structuur waren vormgegeven. Op de helling lagen vier terrassen, waarvan de bovenste drie met steunmuren geconstrueerd waren en het onderste terras waarschijnlijk als een steil talud het complex afgrensde. In de middenas voerde een fraai vormgegeven trap naar het onderste, in het midden ver naar voren uitspringende terras, dat aan beide zijden door kassen werd afgesloten.
De trap werd geflankeerd door zandsteenfiguren, die volgens een inventarislijst uit 1802 allemaal in Versailles geproduceerd waren. Slechts één allegorische figuur is daarvan overgebleven.
De terrassen waren afwisselend beplant met in piramidevorm gesnoeide taxus en fruitbomen. Aan de terrasmuren was een houten constructie bevestigd, die steun bood aan abrikozen, perziken en waarschijnlijk ook druiven. Onder de terrassen volgde een vlakke tuin die in 16 vierkante perken met groenten was onderverdeeld. Deze perken waren waarschijnlijk omzoomd door borders met bloemen en kruiden. In het midden bevond zich een fontein.
Aansluitend aan de groentetuin lag een gebogen, symmetrische bosschage van waarschijnlijk fruitbomen met hagen eromheen. Via de hoofdas in het midden verliet men de moestuin, om zo naar de grote, speciaal aangelegde visvijver, de Spiegel, te gaan.
Nadat de abdij door de Fransen in 1802 werd ontbonden, verlieten de monniken abdij Kamp. De gebouwen werden verkocht en gesloopt om de materialen te hergebruiken. De barokke tuin raakte in verval.
De tuin zoals wij die nu kennen, is een geheel nieuw aangelegde tuin, die een uitgesproken hedendaagse vormtaal laat zien. Maar deze tuin beschikt ook over belangrijke elementen die het historische voorbeeld benaderen, met name wat de indeling van het terrein betreft.
In 2008 werd de gereconstrueerde Alte Garten (oude tuin) voltooid, met zijn inloopkas, de lange laan van fruitbomen die naar de terrastuin leidt en de aansluiting van de oude tuin op het plein voor de abdijkerk via een trap.
De oorspronkelijke lijnen van de zogeheten Alte Garten, de historische moestuin van de cisterciënzer monniken aan de voet van de Kamper berg, konden aan de hand van historische beeldbronnen uit de 18e en 19e eeuw worden gereconstrueerd. Archeologische opgravingen boden daarbij extra zekerheid. In het noordwestelijke deel van de voormalige tuin vonden experts goed bewaard gebleven muurresten, die doen vermoeden dat zich hier ooit een tuinhuis en een waterbassin bevonden. Om deze vondsten te beschermen tegen de weerselementen en om ze voor het publiek toegankelijk te maken, werd er een glazen kas omheen gebouwd.
De oude tuin van abdij Kamp lag ooit ingebed in uitgestrekte fruitweiden. Men noemde dit de Große Obergarten of ‘grote boventuin’. Deze is ook opnieuw ontworpen en aangelegd als grote fruitweide, waarvoor gebruik is gemaakt van historische fruitboomsoorten.
De in 2010 volgens de plannen van de Duisburgse landschapsarchitecten Hoff & Reinders afgeronde 2,3 km lange wandelroute met de naam ‘Ein Weg erzählt Geschichte’ (Een weg vertelt verhalen) verbindt als landschappelijk vormgegeven aangelegde groenstrook langs de gerenatureerde Große Goorley-beek de Kamper berg met het Stephanswäldchen, een bos in Lintfort.
Sources and literature:
The text was compiled from the following sources:
Harzheim, Gabriele: Der Terrassengarten von Kloster Kamp. In: Landschaftsverband Rheinland, Hrsg. (2003): Gartenkunst im Rheinland. Arbeitsheft der rheinischen Denkmalpflege 60. S. 19ff. Petersberg.
Susanne Paus, Hans Glader (2004): Blühende Paradiese. Niederrheinische Gärten öffnen ihre Pforten.S. 16-19. Mercator-Verlag Duisburg
Ein altes Kloster geht neue Wege. Faltblatt
Address:
Kloster Kamp
Abteiplatz 13
47475 Kamp-Lintfort (NRW)
Tel.: 02842-927540
Email: Zentrum-Kloster-Kamp@t-online.de
Website:
www.zentrum-kloster-kamp.de
www.kloster-kamp.de/
Owner/management:
Town of Kamp-Lintfort
Opening times:
The garden is open from 8 p.m. until dusk from 1st April to 30th September and from 9 p.m. until dusk between 1st October and 31st March.
Admission Prices:
There is no admission fee.
Events, programme, exhibitions:
Current information on the cultural programme can be found on the website: www.kloster-kamp.de/
Customer Services:
- Shop: Monastery shop
- Tea Room/ Restaurant: Monastery café in the refectory including terrace (only Saturdays and Sundays)
- WC: Yes
- Parking: In front of the monastery
- Seats and benches: Yes
- Average visitor duration: 45 minutes
- Accessibility – in the park/ garden from the car park: The main paths are suitable for visitors with limited mobility. Please use the side entrance.
- Signs in park and on plants: No
- General map and further information on the park can be found in the orangery